Verhullen via vastgoed op Aruba
Publicatiedatum 28-01-2021, 11:35 |
In deze zaken staan een rechtspersoon en een 70-jarige man, de bestuurder en enig aandeelhouder, terecht. De rechtspersoon is een bedrijf gevestigd op Aruba met als doel het beheren van een appartementencomplex. Via dat bedrijf zou ongeveer 1,5 miljoen euro zijn witgewassen. De bestuurder heeft honderdduizenden guldens in de grond van het complex en de appartementen geïnvesteerd, via zes contante betalingen en negen girale betalingen. Tussen 2002 en 2004 heeft hij €156.550 via 55 contante stortingen op zijn privérekening ontvangen.
Omdat er geen duidelijk brondelict is, doorloopt de rechtbank het stappenplan. Volgens de rechtbank is er een gerechtvaardigd vermoeden van witwassen. Er zijn meerdere witwastypologieën aanwezig: het bezit van vastgoed in het buitenland, grote contante betalingen, het omzetten van contant geld in girale tegoeden en het feit dat de man veel contant geld in grote coupures in zijn bezit had. Daarnaast is de man in het verleden veroordeeld voor drugshandel en is het een feit van algemene bekendheid dat diverse vormen van criminaliteit gepaard gaan met grote hoeveelheden contant geld. Er is geen legale bron van inkomsten bekend die de investeringen in het complex kunnen verklaren en er is geen administratie of documenten waaruit blijkt dat de gelden een legale herkomst hebben. Tot slot was de Belastingdienst niet op de hoogte van dit buitenlandse vermogen van de man en heeft de onderneming niet voldaan aan haar belastingverplichtingen op Aruba. Alles tezamen levert een vermoeden van witwassen op. Van de verdachte mag een concrete, verifieerbare en niet op voorhand hoogst onwaarschijnlijke verklaring voor de herkomst van de geldbedragen verlangd worden.
De man verklaart dat het bedrag voor de aankoop van de grond van zijn broertje uit Suriname afkomstig is en van een lening van de bank. Later verklaart hij dat het niet van zijn broertje, maar van zijn vader komt, die het geld had verdiend met een grondverzetbedrijf in Suriname. Dat geld is contant via familieleden in Nederland aan hem overgedragen. Hij had hier geen documentatie van. Voor de bedragen die zijn overgemaakt vanaf zijn privérekening die hij heeft geïnvesteerd in het complex, beroept de bestuurder zich op zijn zwijgrecht. De rechtbank vindt dat de man het vermoeden van witwassen niet heeft ontzenuwd, want de verklaring is niet concreet, min of meer verifieerbaar. Er zijn geen ondersteunende verklaringen of gegevens aangeleverd. Er is geen andere conclusie mogelijk dan dat de door de man in de rechtspersoon geïnvesteerde geldbedragen uit enig misdrijf afkomstig zijn. De verhullende handeling is het investeren van het geld in het appartementencomplex. Hierdoor is de herkomst van het geld lastiger te achterhalen.
De raadsman voert aan dat de handelingen niet als witwassen kunnen worden gekwalificeerd, omdat het heeft plaatsgevonden voor de inwerkingtreding van de witwasbepaling in 2001. De rechtbank verwerpt dit verweer, omdat het verbergen en verhullen van de geldbedragen voortdurende delicten zijn. De grond is in 1993 gekocht en bebouwd en daarna zijn er investeringen gedaan, maar in de jaren daarna zijn de gelden verborgen gehouden. De tenlastelegging ziet op de periode na 2001, omdat de delicten toen voortduurden.
De rechtspersoon wordt veroordeeld voor gewoontewitwassen van ruim 1,3 miljoen gulden. De 70-jarige man wordt veroordeeld voor het feitelijk leiding geven aan de verboden gedragingen van de rechtspersoon, te weten het gewoontewitwassen van ruim 1,3 miljoen gulden. Omdat hij bestuurder en enig aandeelhouder was van de rechtspersoon, was hij degene die besliste wat er moest gebeuren en ervoor zorgde dat de geldbedragen bij de rechtspersoon terecht kwamen. Het blijkt niet dat de rechtspersoon betrokken is geweest bij de contante stortingen op de privérekening van de man en daarom worden zowel de rechtspersoon als de bestuurder hiervoor vrijgesproken. De bestuurder krijgt een gevangenisstraf van 32 maanden.
Rechtbank Overijssel, 21-12-2020