6 stappen met een fiets?!
Publicatiedatum 30-09-2024, 10:26 |
Rechtbank Den Haag 17 januari 2024, publicatie 19 september 2024, ECLI:NL:RBDHA:2024:14819
Regelmatig komen er andere witwasvoorwerpen in de jurisprudentie voorbij dan chartaal en giraal geld. Virtuele betaalmiddelen, vastgoed of auto’s passeren ook wel de revue. In dit vonnis spreekt de Rechtbank zich uit over witwassen van een fiets en gebruikt hiervoor het 6-stappen voor witwassen zonder aantoonbaar gronddelict.
Toch is een fiets als witwasvoorwerp niet zo bijzonder, er werd zelfs als over gesproken tijdens de parlementaire behandeling over de strafbaarstelling van witwassen in 2000. Toen werd de vraag opgeworpen of een fietsendief die wegrijdt op een zojuist gestolen fiets zich schuldig maakt aan het ‘gebruik maken’ in de zin van witwassen en zodoende dubbel kan worden gestraft voor diefstal en witwassen. De Minister van Justitie antwoorde toen: “…Inderdaad betekent het feit dat witwassen voortaan strafbaar is óók als het betrokken voorwerp uit eigen misdrijf (het gronddelict) afkomstig is, dat de betrokken persoon voor beide feiten vervolgd en veroordeeld zou kunnen worden: het plegen van het gronddelict en het plegen van witwassen…”. Ondanks de uitleg van de minister heeft de jurisprudentie geleid tot de kwalificatieuitsluitingsgrond in witwassen en een aparte strafbepaling ten aanzien van eenvoudig witwassen voor voorwerpen uit ‘enig eigen misdrijf’.
De Rechtbank Den Haag vonnist anno 2024 over een fiets als witwasvoorwerp. Die fiets, een Cannondale Tessoro, wordt aangetroffen in de slaapkamer van verdachte en stond als gestolen geregistreerd. De rechtbank acht het vermoeden gerechtvaardigd dat de fiets uit enig misdrijf afkomstig is, wat betekent dat van de verdachte mag worden verlangd dat hij een concrete, verifieerbare en niet op voorhand hoogst onwaarschijnlijke verklaring geeft dat het voorwerp niet van misdrijf afkomstig is. De verdachte heeft verklaard dat hij niet wist dat de fiets gestolen was en dat dit ook uit geen enkele omstandigheid bleek. Hij heeft de fiets voor €70 van een vage bekende op straat gekocht. De fiets werd hem voor €140 aangeboden. Bij de aankoop van de fiets kreeg de verdachte geen sleutels en moest hij er zelf een slot op laten zetten.
De Rechtbank is van oordeel dat de verklaring die de verdachte heeft gegeven niet concreet, verifieerbaar en niet op voorhand hoogst onwaarschijnlijk is, gezien de lage prijs van €70 tegenover een nieuwkoopprijs van €1.500. Zij komt zodoende tot een bewezenverklaring van het witwassen van de fiets.